Skip to main content

LOTUS verfijnt evaluaties van langetermijn-veranderingen van stratosferisch ozon

Research Topic Chapter
News flash intro
Het Montreal-protocol, dat in 1987 werd ondertekend, verbiedt de productie en het gebruik van chemische stoffen verantwoordelijk voor de aantasting van de ozonlaag. Om de langetermijneffecten van dit internationale verdrag op te volgen, coördineert het BIRA het internationaal samenwerkingsverband LOTUS dat veranderingen van ozon in de stratosfeer in het oog houdt onder auspiciën van het Wereld Klimaatonderzoek-Programma (WCRP). LOTUS bevestigt de langverwachte langzame stijging van ozonconcentraties bovenaan de stratosfeer. De vraag of ozon afneemt in de lagere stratosfeer blijft echter nog steeds het voorwerp van verhitte debatten. Daarnaast werd het onlangs mogelijk de langetermijntrends af te leiden met fijnere ruimtelijk resolutie, wat tot een verbeterd inzicht leidt in de processen die ozon beïnvloeden.
Body text

Wetenschappelijke evaluatie van de aantasting van de ozonlaag

De ozonlaag in de stratosfeer beschermt de mens en de biosfeer tegen ultraviolette zonnestraling die het risico verhoogt op huidkanker, cataract en een onderdrukt immuunsysteem. Begin jaren tachtig ontdekte men dat er zich elk voorjaar een gat vormt in de ozonlaag boven Antarctica en dat deze laag in de loop der jaren snel dunner werd over de rest van de wereld. Dit zette de beleidsmakers ertoe aan om het Verdrag van Wenen (1985) en het Protocol van Montreal (1987) te ondertekenen, waarmee de productie en uitstoot van ozonafbrekende chloorfluorkoolwaterstoffen werd verboden. De onderzoeksgemeenschap kreeg daarnaast de opdracht om elke vier jaar een omvattende wetenschappelijke evaluatie op te maken van:

  • de toestand van de ozonlaag
  • de stoffen die de ozonlaag aantasten
  • de effecten van de klimaatverandering op de ozonlaag

Deze beoordelingen worden gecoördineerd door de Wereld Meteorologische Organisatie (WMO) en het VN-Milieuprogramma (UNEP).

LOTUS: Opvolging van langetermijnveranderingen van stratosferisch ozon

Onderzoekers van het BIRA startten een internationale onderzoeksactiviteit, LOTUS, gericht op de evaluatie van langetermijn-ozontrends en hun onzekerheid in de stratosfeer. LOTUS bracht in 2018 de wetenschappelijke consensus tot stand dat de hoeveelheid ozon sinds 2000 weer toeneemt bovenaan de stratosfeer over de gemiddelde breedtegraden in het noordelijk halfrond. Hiermee werd de doeltreffendheid van het Montreal-protocol aangetoond.

Sindsdien werden langere en betere waarnemingsreeksen vrijgegeven en doken nieuwe analysetechnieken op, waardoor de reikwijdte van de LOTUS-evaluaties is vergroot.

Evaluatie van trends met fijnere resolutie

De LOTUS-onderzoekers zijn erin geslaagd de resolutie van ozon-klimaatgegevens te verhogen zonder aan stabiliteit in te boeten. Deze vooruitgang leidde tot de eerste studies van de ruimtelijke structuur en de seizoensafhankelijkheid van ozontrends in de stratosfeer. Op deze manier zullen we de rol van dynamica en van (foto)chemie bij langetermijnveranderingen van ozon in de stratosfeer beter kunnen onderscheiden.

Opkomende technieken

Het BIRA leidt sinds kort ook een internationaal team dat pionierswerk verricht in het gebruik van methodes uit de datawetenschappen om waarnemingen en hun onzekerheid op een optimale, coherente manier te combineren. Momenteel wordt een prototype ontwikkeld dat ozongegevens van ozonsondes en van verschillende limb- en occultatiesatellieten samenvoegt.

Met deze nieuwe dataset beogen we vooral om ozonveranderingen onderaan de stratosfeer beter te kwantificeren, een onderwerp dat de laatste jaren vaak stof tot discussie was binnen de onderzoeksgemeenschap. Indien we slagen in dit opzet, dan zou dit werk ook een katalysator kunnen vormen voor de toepassing van deze nieuwe technieken in andere onderzoekgebieden.

 

Referenties

  • Ball, W. T., Chiodo, G., Abalos, M., Alsing, J., and Stenke, A.: Inconsistencies between chemistry–climate models and observed lower stratospheric ozone trends since 1998, Atmos. Chem. Phys., 20, 9737–9752, https://doi.org/10.5194/acp-20-9737-2020, 2020.
  • Sofieva, V. F., Szelag, M., Tamminen, J., Kyrölä, E., Degenstein, D., Roth, C., Zawada, D., Rozanov, A., Arosio, C., Burrows, J. P., Weber, M., Laeng, A., Stiller, G., von Clarmann, T., Froidevaux, L., Livesey, N., van Roozendael, M., and Retscher, C.: Measurement report: Regional trends of stratospheric ozone evaluated using the MErged GRIdded Dataset of Ozone Profiles (MEGRIDOP), Atmos. Chem. Phys. Discuss. [preprint], https://doi.org/10.5194/acp-2020-1117, in review, 2020.
  • Szeląg, M. E., Sofieva, V. F., Degenstein, D., Roth, C., Davis, S., and Froidevaux, L.: Seasonal stratospheric ozone trends over 2000–2018 derived from several merged data sets, Atmos. Chem. Phys., 20, 7035–7047, https://doi.org/10.5194/acp-20-7035-2020, 2020.
Figure 2 body text
Figure 2 caption (legend)
Seizoensafhankelijkheid (DJF: winter, MAM: lente, JJA: zomer, SON: herfst) van de ozontrend tussen 2000 en 2018 in de stratosfeer over gemiddelde breedtegraden in het noordelijke halfrond, uitgedrukt in percent per tien jaar. Rode (blauwe) tinten staan voor toenemende (afnemende) ozonconcentraties die statistisch significant zijn. Overgenomen met toestemming van Szelag et al. (2020).
Figure 3 body text
Figure 3 caption (legend)
Verandering (ten opzichte van het referentiejaar 1998) van de hoeveelheid ozon in de onderste stratosfeer (blauw) tussen 1985 en 2016. Ook de evolutie van de totale ozonkolom (zwart), de temperatuur (rood) en de waterdamp (oranje) in de onderste stratosfeer zijn weergegeven. Overgenomen met toestemming van Ball et al. (2020).
Publication date